Straatgeschiedenis
In 1910 wordt in de Hooge Wegel een gazlantaarn geplaatst: 't einden het straatje leidende van aan de herberg Mexico tot gezegde wegel. Het jaar daarop koestert men plannen om die Hooge wegel te verbreden en recht te trekken: overwegende dat de buurtweg nr 22 dezer gemeenten genaamd Hooge wegel, lang 705m slechts eene breedte heeft gaande van 2 tot 4meters, dat er langs deze wegel reeds meer dan 30 huizen gebouwd zijn en dat men er gedurig nieuwe bouwt.
Maar in 1913 stapt men af om de weg op een breedte van 10m te brengen; vooral omdat verschillende inwoners voor het behoud van de toestand zijn. Men zal met de uitvoering wachten tot dit volstrekt noodzakelijk.
In deze buurtweg waarvan, volgens A. Schouteet, reeds in documenten
uit de 14e eeuw melding wordt gemaakt, was de herberg "De Smul" het oudste gebouw. Die buurtweg kwam duidelijk in twee fasen tot ontwikkeling.
Oost van cafe De Smul was de weg ongeveer 4m breed en werd er langs de noordzijde gebouwd, vooral gedurende de eerste 10 jaar van onze eeuw (bv. het laatste huisje in de rij, op de hoek met de Gemene Weideweg Noord werd in 1906 neergezet door Morobé) De huizen hadden allen een voortuintje. Ten westen van De Smul was de weg nauwelijks 2m breed. Het was o.m. daarom dat de jaarlijkse processie op 15/8 (O.L.V Hemelevaart) de Hoogweg langs de Grote Smulstraat verliet om langs de Moerkerkse Steenweg terug de kerk te bereiken. .
In dit westelijk stuk Hoogweg stonden geen huizen. De eerste bouwaanvraag kwam er pas in 1925 door Oscar De Cuyper voor het bouwen van een woning aan de zuidkant van de weg (huidig nummer) Op vraag van twee bewoners wordt in 1928 de Hogewegel op gans de lengte open gesteld, wat inhoudt dat ook in dit tweede gedeelte de bouwlijn wordt aangegeven. Halfweg de jaren dertig komt ook hier de bebouwing, vooral langs de noordzijde, opgang. (Sectie C nr 161 en 165)
Maar op gans de lengte bleef de Hogewegel tot W.O.II een zandweg
Herberg De SmulHerberg De Smul in de Oude Hoogweg, nu huisnummer 47-51, werd al vernoemd in de registers van de ferrie van het Vrije 1540-1545 en werd omschreven als brauwerie't Smullekin buuten de Cruuspoorte. De naam De Smul komt van smullen, lekker eten, maar zoals het versje uit 1568 laat vermoeden schuilt er meer in de naam. Het rijmtje gaat als volgt: Een jongh meysken en de ouden Smul, doet alle jaere een wieghe vul. Men kan vermoeden dat de herberg al veel ouder is dan 1540. Hoog tijd voor een ernstige studie over dit pand. In de 19de en begin 20ste eeuw was de herberg zeer vermaard. Men kwam van heinde en ver om te krulbollen maar vooral voor de lekkere appeltaart en het koekebrood met hesp. Zeker met Sint-Kruiskermis dan werd er van alles georganiseerd. Op de kermis van 1930 zong men voor het eerst het liedje van De Smul, men vermoed dat de tekst geschreven werd door Arthur Van Hoorickx.
|
Lied van de Smul |
TekstBrugge roemt zijn oude kunste, Gent is t' rijk der schoonste bloem, En dien heere overpeisde 'em en hij zag Marietje staan.
Bakkerinnetje willen we samen als een paar door 't leven gaan?
Wel van eigen zei dat meisje, ge zijt ne slimme snul.
'k Kan 't geloven zei dien heere. 'k Hou toch zoveel van de Smul.
Maar in noten zit er olie en die hespe is slekke vet
En die taarten... 't heeft er velen zo pressé op 't gemak gezet.
Daarom liever dan die pillen en nog ander dokterskul,
komt alhier om te purgeeren, naar Sinte-Kruis an naar den Smul!
|